Referaat 1: Zien wat vaak onzichtbaar blijft: Wat hebben volwassen kinderen van ouders met psychische problemen (KOPP) nodig in de ggz? Door Natasja Mathijssen – Struijs, werkzaam als GIOS bij GGz Breburg Eindreferaat.
Wereldwijd groeien miljoenen kinderen op met een ouder met psychische problemen en worden ‘KOPP’ (kind van ouders met psychische problemen) genoemd. Binnen de ggz is een groot gedeelte van de volwassen populatie KOPP. Hoewel er steeds meer aandacht is voor deze groep tijdens de jeugd, blijft de volwassen KOPP nog grotendeels buiten beeld in de ggz. Er is toenemend bewijs dat een KOPPachtergrond leidt tot sterk verhoogde risico’s om zelf psychische klachten en lichamelijke gezondheidsproblemen te ontwikkelen op volwassen leeftijd. Toch ontbreekt het aan kennis over hoe deze groep het beste professioneel ondersteund kan worden. Tijdens dit referaat worden de resultaten van onderzoek gepresenteerd dat zich richtte op het begrip van de ondersteuningsbehoeften van volwassen KOPP in de ggz en ook wat de thema’s en uitdagingen zijn waar zij ondersteuning of behandeling bij wensen.
Er werd een mixed-methods onderzoeksopzet gebruikt, waarbij als kwalitatief onderzoek 6 focusgroepen plaatsvonden met cliënten met persisterende lichamelijke klachten, cliënten met angsten depressieve klachten, ervaringsdeskundigen op het gebied van KOPP en zorgprofessionals.
Aanvullend werd met vragenlijsten onderzocht in hoeverre de ernst van de KOPP-gerelateerde jeugdervaringen samenhangt met lichamelijke klachten op volwassen leeftijd.
Tijdens het referaat worden de resultaten van dit mixed methods onderzoek besproken, alsmede overwegingen om aandacht voor de KOPP-achtergrond te integreren in de behandeling binnen de ggz.
Referaat 2: Mentale gezondheid van ggz-professionals. Door Dewi Bruins werkzaam als GIOS bij GGz Breburg. Eindreferaat.
De mentale gezondheid van ggz-professionals staat al geruime tijd onder druk door een toenemende belasting ten gevolge van een veranderende samenleving en een transformerende visie op zorg. Onder meer vergrijzing, personeelstekorten en grensoverschrijdend gedrag spelen hierin een rol. Sinds de COVID-19 pandemie is de werkbelasting verder opgelopen en vormt deze een bedreiging van zowel het werkplezier als de kwaliteit van zorg. Inmiddels is er wereldwijd meer aandacht ontstaan voor het monitoren van de mentale gezondheid van ggz-professionals en de mentale klachten die zij rapporteren. Met de verhoogde werkbelasting en de vermeerderde druk op onze systemen voor geestelijke gezondheidszorg, is duurzame inzetbaarheid een belangrijk thema geworden voor ggz instellingen.
Met deze Mixed methods studie beogen we bij te dragen aan de ontwikkeling van evidence based beleid en preventieve (zelf)zorg die duurzame inzetbaarheid kan vergroten.
Referaat 3: Effectiviteit van groepsgerichte ACT behandeling bij FACT cliënten door Sylvie Teurlings werkzaam als GIOS bij GGz Breburg. Eindreferaat.
Bij FACT cliënten is doorgaans sprake van veel functionele beperkingen op verschillende levensgebieden. Dit leidt tot hoge maatschappelijke kosten en onderstreept het belang van adequate behandeling. Echter zijn de evidence-based behandelmogelijkheden voor deze groep tot op heden nog vrij beperkt. Acceptance and Commitment Therapy (ACT) is een relatief nieuwe behandelvorm met veelbelovende uitkomsten in eerdere onderzoeken, echter is deze nog onvoldoende onderzocht voor de FACT populatie om van een evidence-based behandeling te kunnen spreken. ACT richt zich niet primair op het verminderen van klachten, maar op het verbeteren van de psychologische flexibiliteit: een accepterende en flexibele houding kunnen aannemen naar innerlijke belevingen en klachten.
Deze methode sluit goed aan bij herstelondersteunende zorg en de FACT methodiek. In dit referaat worden de resultaten gepresenteerd van een onderzoek dat zich richt op de effectiviteit van groepsgewijze ACT bij FACT cliënten. Het onderzoek hoopt richting te geven aan verder onderzoek naar ACT binnen deze populatie.
Referaat 4: Comparing the Utility of a Clinical Staging Approach and the DSM-5 in Diagnosing Personality Disorders among Older Adults. Door Jelle de Jong werkzaam als GIOS bij GGz Breburg. Eindreferaat.
Klinische stadiëring kan een waardevol alternatief bieden voor de beperkingen van categorale diagnostische modellen zoals de DSM-5 bij psychische stoornissen. Onderzoek naar de klinische bruikbaarheid van stadiëringsmodellen voor psychische stoornissen is echter beperkt, vooral in vergelijking met de DSM-5, wat de implementatie van dergelijke modellen in de klinische praktijk belemmert. De beperkingen van categorale modellen zijn nog duidelijker bij ouderen, omdat persoonlijkheidsstoornissen zich op latere leeftijd anders kunnen uiten. Dit kan leiden tot over- of onder diagnostiek bij gebruik van de DSM-5.
Deze studie vergeleek de klinische bruikbaarheid van een klinisch stadiëringsmodel (CSM) met de DSM-5 voor het diagnosticeren van persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen, vanuit het perspectief van clinici.
Het programma
17.55 uur Opening door voorzitter
18.00 -20.00 uur Referaten
20.05 uur Afsluiting door voorzitter
Accreditatie
Voor de referaten is accreditatie aangevraagd bij de NVvP, NvP, FGzPt, het Register Verpleegkundig Specialisten, V&VN (SPV) en SRVB voor vaktherapeuten.
Organisatie Commissie
Dhr. R van Dijk, A-opleider/psychiater
Mw. A. van den Broek, P-opleider/klinisch psycholoog
Mw. C. Oonincx, Opleider GGZ VS /verpleegkundig specialist
Mw. K. van Loon, beleidsmedewerker
Mw. W. Verhagen, coördinator Training en Ontwikkeling
Doelgroepen
Psychiaters (i.o.), psychologen (i.o.), verpleegkundig specialisten (i.o.), vak therapeuten
Uiteraard zijn ook andere geïnteresseerden welkom.
Locatie
Online
Kosten en inschrijving
Deelname is voor iedereen gratis.
Aanmelden en registratie accreditatiepunten:
Medewerkers van GGz Breburg
Graag aanmelden via Leerplein GGz Breburg.
Klik op inschrijven en meld je aan!
Externe deelnemers
Graag online aanmelden.
Voor informatie: Wendy Verhagen, bereikbaar op maandag en dinsdag
Breburgacademieggz@ggzbreburg.nl